Hoofdstraat Park Beerschoten-Willinkshof



Foto Renk Knol 2000
Het landschappelijk aangelegde park Beerschoten-Willinkshof gelegen tussen de Hoofdstraat en de Arnhemsebovenweg hoorde oorspronkelijk bij het buitenhuis Beerschoten dat in 1850 voor assuradeur A.C. Bouman is gebouwd.’ De omringende tuin en parkbos waren een ontwerp van J.D. Zocher jr. De buitenplaats kwam na verloop van tijd in handen van J.A. Willink, een Amsterdamse bankier. Na het overlijden van Willink in 1887 kreeg de gemeente Driebergen het buiten als legaat, echter onder voorwaarde dat het huis werd afgebroken en de tuin, het park en de hertenkamp aan de overzijde van de Hoofdstraat altijd tot openbare wandelplaats zouden dienen. De Willinks hadden hun enig kind verloren en wilden blijkbaar dat met het uitsterven van deze tak van de familie Willink ook de woonstede van de familie ophield te bestaan. Na het overlijden van mevrouw Willink, kort na de dood van haar man, werd het huis afgebroken door aannemer Meerdink uit Zeist, die het voor de sloop had gekocht. Tot zijn grote verrassing bleek onder de rieten kap een compleet koperen dak te zitten. Met het geld dat hij onder meer hiermee verdiende, liet hij verderop in de richting van Zeist een kapitaal herenhuis bouwen dat hij de naam Nieuw Beerschoten gaf. Op de plaats van het oude huis Beerschoten verrees op verzoek van de familie Willink in samenwerking met de gemeente Driebergen in 1889 een tuintempeltje. Het is een ontwerp van de Amsterdamse architect C.B. Posthumus Meyjes en vertoont enige gelijkenis met de Temple de l’Amour uit 1777 van de Franse architect Richard Mique (1728-1794) bij het ‘paleisje’ Trianon van Marie Antoinette te Versailles. De architect Posthumus Meyjes is waarschijnlijk door verwanten van de familie Willink aangezocht. Een aardig detail is dat een verkleinde versie van dit tempeltje weer als bekroning door Meerdink op zijn huis Nieuw-Beerschoten is geplaatst.

Het neoclassicistische tempeltje is markant gelegen op een lichte verhoging omgeven door gazons. Het ronde zandstenen gebouwtje bestaat uit een vier treden hoge basis waarop acht bogen tussen pijlers, aan de buitenzijde voorzien van pilasters in Ionische orde. Hierop rust een fries met guirlandes. De met leien gedekte koepel wordt bekroond door een beeld van de godin Flora. Aan de binnenzijde van de met een sterrenhemel beschilderde koepel staan het jaartal, de opdrachtgever, de architect en de beeldhouwers vermeld. De beeldhouwers zijn de Amsterdammers Pierre van den Bossche en Guillaume Crevels. De vloer is stervormig ingelegd.
Behalve dit tempeltje vormen de slingervijver met brug, diverse boomgroepen en rododendronstruiken langs slingerpaden karakteristieke elementen van het park. Er staat een lindeboom omgeven door een stervormig hekwerk die in 1948 geplant is ter gelegenheid van de kroning van koningin Juliana. Opvallend gegeven is dat het padenstelsel van Beerschoten-Willinkshof aansluit op dat van de Reehorst. Duidelijk is ook de visuele relatie met de voormalige overtuin, de hertenkamp naast de Reehorst. Het glooiende terrein omzoomd door opgaande beplanting, heeft op het laagste punt een kleine vijver en voorts verspreid liggende boomgroepen.
Een deel van het park Beerschoten-Willinkshof is, hoewel niet volgens de wensen van de heer Willink, veranderd in hockeyvelden, die door een hekwerk van de rest van het terrein worden afgescheiden. Aan de zijde van de Arnhemsebovenweg ligt een groot naaldloofbos. De toegang hier wordt gemarkeerd door gemetselde hekpalen met daarop de naam Beerschoten-Willinkshof. Vlakbij de ingang staat een voormalige dienstwoning.

Lit:Craandijk, 1883, p. 204; Kraal, 1909, p. 19; Luttervelt, 1949, p. 146; Steenwijk, 1992, p.112.
besluit: 01031999   categorie R   dbr 126 126B
bron: Monumenten Inventarisatie Provincie Utrecht, 1996; Driebergen-Rijsenburg, Geschiedenis en Architectuur