Drieklinken 59-61

 

 

foto: Renk Knol 2000

 

Het evenwijdig aan de weg gelegen dubbele woonhuis is in 1909 gebouwd als pension naar een ontwerp van architect E.P.J. Smith uit Amersfoort. In 1925 is een wasplaatsje toegevoegd en in 1936 is een serre aangebouwd naar de plannen van architect K. Poldervaart. Karakteristiek voor dit op de villabouw geïnspireerde pand is de afwisseling bepleistering en schoon metselwerk. De getoogde strekken boven de ingang links en de meeste vensters doorbreken de rechte scheidingslijn tussen pleister- en metselwerk. De voorgevel wordt gedomineerd door een uit het midden geplaatste risalerende topgevelpartij onder een zadeldak met lagere nokhoogte dan het hoofddak. De ingangspartij in het risaliet was oorspronkelijk voorzien van een op staanders rustende luifel. In de gevel zijn vensters van verschillend formaat aangebracht. Alle vensters hadden oorspronkelijk een roedenverdeling, de grote vensters in het bovenlicht en de kleine vensters in het geheel. In de zijgevels bevinden zich kruisvensters. Aan de achterzijde is op het dak in het midden een uitbouw geplaatst die via een dubbele deur toegang verschaft tot een balkon op schoren.
besluit: 22121998   categorie 2   dbr 73

 

bron: Monumenten Inventarisatie Provincie Utrecht, 1996; Driebergen-Rijsenburg, Geschiedenis en Architectuur