Introductie Laan van Blommerweert Driebergen

andere straat

  intro  kaart  foto’s  ansichten  luchtfoto  woningmarkt



In de 50-er jaren werd tussen Bosstraat en Traaij – vanaf de huidige Catharijnestraat tot aan de Dokter Hermansstraat – een nieuwe woonbuurt gebouwd, met o.a. het Heetveld en de Weidestraat. Voor de verbinding van deze woonstraten met enerzijds de Traaij en anderzijds de Bosstraat werd nog een nieuwe straat aangelegd. Die straat kreeg de welluidende naam Laan van Blommerweert, bij raadsbesluit van 28 november 1957.

Een leuke geste, om een Doornse dorpspastoor in Driebergen te vernoemen. De dorpshistoricus van toen, wijlen Wim Harzing, was er vast van overtuigd in de weleerwaarde heer Anselmus van Blommerweert te Doorn de eerste dorpsdominee van Driebergen te hebben gevonden. En die zou dan toch, zo’n 350 jaar na dato, eindelijk wel eens een mooie straat verdienen. Van Blommerweert was een van die vele dorpspastoors die in 1580, toen de hervorming in stad en lande van Utrecht van hogerhand werd ‘bevolen’, ontdekten dat ze eigenlijk ook hervormd dachten. De Doornse pastoor voegde zich naar de nieuwe leer, huwde z’n huishoudster, en vierde een keer – vijf jaar na z’n overgang – het heilig avondmaal. Een erg beste pers had dominee Van Blommerweert niet bij z’n collega’s. in 1602 werd over hem gerapporteerd: “…een papist, een dronckaert ende huychelaer”. Kortom: niet zo zuiver in leer en leven! Maar was die Van Blommerweert nu echt de eerste dominee van Driebergen? Nee, dat was-ie niet! De eerste predikant die Driebergen bediende kwam niet uit Doorn, maar uit Zeist, waartoe Driebergen sinds jaar en dag kerkelijk behoorde. Minstens al van 1380 af, bij benadering het jaar dat in Driebergen een kapel werd gesticht. Uit een brief uit 1584 kennen we de naam van de predikant van Zeist die ook Driebergen onder z’n hoede had: Cornelis Anthonisz. van Utrecht. Net als z’n Doornse collega een gewezen rooms-katholiek geestelijke. En ook niet zo’n heel brave borst…

Maar om een lang verhaal kort te maken: uit genoemde brief blijkt dat Driebergenaren geklaagd hebben dat de Zeister dominee maar zo nu en dan bij hen komt preken. Ze willen nu dat hij voortaan om de veertien dagen komt voorgaan. Van Utrecht wil dat wel, maar dan moet er toch wat meer worden betaald dan die schamele tien gulden die Driebergen nu aan de kerkelijke kas afdraagt. Ziehier dus de eerste predikant die ook Driebergen had te ‘bedienen’: Cornelis van Utrecht, voorheen monnik in het Benedictijner klooster Oostbroek (bij De Bilt).

Pas in 1650, als de Doornse Anselmus van Blommerweert al lang tot zijn vaderen verenigd is, krijgt Driebergen de kans een zelfstandige hervormde gemeente te worden. En het is pas dan dat de Doornse predikant, samen met de collegae uit Odijk, Langbroek en Werkhoven, met enige regelmaat in Driebergen komt preken. Een jaar later doet dan de eerste eigen dominee zijn intrede: Adrianus Hessels.

Moraal van dit verhaal: laat u geen oor aannaaien door dorpshistorici.

Overgenomen uit ‘Heg en Steg’ van Dick Steenwijk
Uitgeverij Stichting Kleine Geschiedenis van de Heuvelrug, 2000
isbn 90-6720-236-3